Spring naar de hoofdinhoud

Protest tegen Zilveren Kruis

Zilveren Kruis Achmea maakte vorig jaar flinke winst met hun zorgverzekeringen. Ondertussen zijn de zorgpremies gestegen en moet het allemaal goedkoper, efficiënter en winstgevender in plaats van beter en menselijker. Zilveren Kruis Achmea is ook verantwoordelijk voor het besluit om de acute verloskunde en de spoedeisende hulp te sluiten in het Gelre ziekenhuis in Zutphen.
 
Het Nationaal Zorgfonds steunde daarom vandaag de actievoerders bij het hoofdkantoor van Zilveren Kruis Achmea in Leiden. Zij willen dat de afbraak van de ziekenhuizen wordt teruggedraaid en dat er een Nationaal Zorgfonds komt. Uit de antwoorden van de woordvoerder van de verzekeraar tijdens de actie werd al duidelijk: Zilveren Kruis Achmea gaat de afbraak niet stoppen. Een Nationaal Zorgfonds zien ze ook niet zitten.
 
Een aantal mensen vertelde indrukwekkende verhalen over hoe dit zorgstelsel hen direct raakt. Een vader wiens dochter elk moment kon bevallen, terwijl de verloskunde afdeling van het ziekenhuis net was gesloten. Mensen die zich zorgen maken over het verdwijnen van de spoedeisende hulp dichtbij.
 
Het is tijd dat er een Nationaal Zorgfonds komt, zodat deze afbraak stopt. Op 22 juni is er een debat in de Tweede Kamer over de ziekenhuizen. De actievoerders roepen samen met de SP op om daar naartoe te komen. Als je daar ook bij wilt zijn dan kun je je via deze link inschrijven. Dat is belangrijk, want samen laten we zien dat een Nationaal Zorgfonds harder nodig is dan ooit.   Met vriendelijke groet,

Nationaal ZorgFonds

RVS: Toekomst eerste lijn ligt niet in marktwerking, maar in vaste teams

De zorg in de eerste lijn moet snel veranderen, anders verliezen burgers het vertrouwen in de zorg. Er is nu actie nodig, schrijft de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving in het advies ‘De basis op orde’.

Als een van de weinige overheidssectoren geniet de eerstelijnszorg – waaronder huisartsen, wijkverpleegkundigen, fysiotherapeuten en apothekers – nog veel vertrouwen van burgers. Ook dat vertrouwen dreigt af te brokkelen, zodat er snel vergaande hervormingen nodig zijn in deze basiszorg, schrijft de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) in het rapport ‘De basis op orde’. Op vier manieren kan de eerstelijnszorg richting 2030 veranderen:

1 Erken cruciale waarde van eerstelijnszorg: zorg voor structurele financiering.

Huisartsen, wijkverpleegkundigen, fysiotherapeuten lossen maar liefst 90 procent van alle gezondheidsvragen op. En dat tegen 4 procent van het volledige zorgbudget.

En toch, zegt Bussemaker, gaan de discussies over de eerstelijnszorg tot haar verbazing vaak over vragen als: hoe krijgen we nòg meer ziekenhuiszorg bij de huisarts ? Hoeveel praktijkondersteuners mag een praktijk eigenlijk inzetten ? En stijgen de kosten niet te veel als een wijkverpleegkundige de zorgvraag van een oudere in kaart breng ?

2 Gebruik functies en waarden als startpunt: stop met marktwerking

De negatieve gevolgen van de marktwerking in de wijkverpleging zijn enorm, stelt het rapport. Tussen 2016 en 2021 steeg het aantal aanbieders nog van 1.000 naar 1.400. In sommige wijken in Den Haag zijn bijvoorbeeld meer dan 170 organisaties actief. Dat maakt samenwerking vrijwel onmogelijk en ook is de marktwerking vaak niet efficiënt.

3 Werk wijkgericht met specifieke aandacht voor kwetsbare groepen: werk samen in generalistische teams

De RVS pleit voor een terugkeer naar een ‘klein hecht multidisciplinair team’ dat de gezondheid van de inwoners van de wijk volgt. Schaalvergroting in de eerstelijnszorg alleen voor zaken als digitalisering, administratie en onderhandelingen met zorgverzekeraars. De zorg zelf moet laagdrempelig en herkenbaar blijven. Patiënten moeten weten bij welke zorgverleners ze terechtkunnen, zorgverleners kennen op hun beurt de patiënten en elkaar. Grote ketens die praktijken opkopen met private investeerders, om ze vervolgens te bemensen met steeds wisselende zzp’ers moeten geweerd worden.

4 Benut de kracht van de samenleving: laat burgers meer zelf doen

De mensen willen graag zelf de regie houden over hun kwaliteit van leven, dus laat ze meedoen, zoals via vrijwilligerswerk in de buurt en actief meedoen in zorgcoöperaties, om zorg voor elkaar te regelen. ‘Dit moeten we niet doen omdat het financieel zo lekker uitkomt. ’, aldus Jet Bussemaker, voorzitter van de RVS, bij de presentatie van het rapport.

Dus hierbij ‘een enorme waarschuwing’ van RVS. ‘De Overheid en zorgverzekeraarsmoeten niet denken in termen van financiële resultaten op korte termijn, maar vasthouden aan wat de kern is. En dat is de grote maatschappelijke waarde die goede eerstelijnszorg heeft’.

BRON: RVS

Vertrouwen in fysiotherapeuten ook in 2022 hoog

Uit de tweejaarlijkse barometer ’Vertrouwen in de gezondheidszorg’ van het Nivel blijkt dat burgers groot vertrouwen hebben in beroepsgroepen en instellingen in de zorg. Huisartsen, medisch specialisten en verpleegkundigen scoren het hoogst, fysiotherapeuten volgen hen op de voet. Wat opvalt is dat de zorgverzekeraars al jaren erg slecht scoren en in 2022 nòg minder worden gewaardeerd.

De gegevens waarop het Nivel deze resultaten baseert, komen uit het Consumentenpanel Gezondheidszorg van het Nivel dat bestaat uit 11.500 personen van 18 jaar en ouder.

BRON: Hulst, F.J.P. van der, Brabers, A.E.M. en Jong, J.D. de. Barometer Vertrouwen in de Gezondheidszorg. Utrecht: Nivel. //www.nivel.nl/consumentenpanel-gezondheidszorg/resultaten-vertrouwen , 22-03-2023

Rechtbank verplicht zorgverzekeraar reële tarieven te betalen

De Rechtbank Den Haag heeft eind maart 2023 geoordeeld dat een zorgverzekeraar ‘reële tarieven’ moet bieden aan een zorgaanbieder. De rechter verplicht de zorgverzekeraar een hoger indexatiepercentage te hanteren dan wat is aangeboden.

Indien Zilveren Kruis geen reëel tarief zou bieden voor de zorg die zij contracteert, handelt zij naar het oordeel van de voorzieningenrechter rechtstreeks in strijd met de gerechtvaardigde belangen van de zorgaanbieder en haar cliënten, die tevens hun verzekerden zijn. Zonder reëel tarief stelt zij de zorgaanbieder – hun langdurige contractspartner, die afhankelijk van hen is, net als Zilveren kruis afhankelijk is van haar – niet in staat om de gevraagde diensten te leveren met de vereiste kwaliteit en om te voldoen aan de afspraken die zijn gemaakt in het Integraal Zorg Akkoord (IZA).

Ook kraakt de rechter de toegepaste indexering over 2023. Zilveren kruis heeft wel een indexering voor 2023 aangeboden, maar niet een inhaalcorrectie voor 2022 in de tarieven verwerkt. Dat vindt de rechter onjuist. Er is sprake van een uitzonderlijke situatie van forse prijsstijgingen. Bovendien staat in het Integraal Zorgakkoord (IZA, zie p. 103-104) de afspraak dat zorgverzekeraars de OVA (indexatie van loonkosten) volledig, zonder korting, zullen door vertalen in de prijzen en contracten. De rechter verplicht Zilveren Kruis daarom de overeenkomst voor 2023 aan te passen.

De tarieven die de afgelopen jaren werden geboden waren nauwelijks onderbouwd; voor veel zorgaanbieders waren de tarieven net genoeg om van te overleven, maar onvoldoende om te kunnen investeren of innoveren. Dat staat haaks op de zorgplicht van die zorgverzekeraars: de juridische verplichting om de kwaliteit en toegankelijkheid van de zorg te waarborgen.

BRON: AKD

Recordaantal niet-afgesloten zorgcontracten: ‘Risico dat verzekerden deel zelf moeten betalen’

Door gesteggel over geld tussen zorgverleners en zorgverzekeraars dreigen patiënten van revalidatiecentra en zelfstandige behandelcentra zelf de rekening voor hun behandeling te krijgen. Patiënten lopen het risico dat ze niet alles vergoed krijgen.

Voor 13 december moeten de zorgverzekeraars hun contracten voor 2023 getekend hebben met de ziekenhuizen. Op 25 december heeft het Slingeland Ziekenhuis nog geen contract met Menzis.

Wat houd dat in:

Als je je wilt verzekeren bij Menzis

– moet je een flinke eigen bijdrage betalen

– wordt je gedwongen naar een ander ziekenhuis uit te wijken

Met de volgende verzekeraars heeft het Slingeland Ziekenhuis contracten afgesloten voor 2023:

  • ASR
  • Caresq (Eucare)
  • CZ
  • DSW
  • ENO
  • ONVZ
  • VGZ (niet met ZEKUR)
  • Zilveren Kruis (Achmea)
  • Zorg en zekerheid

Het Slingeland Ziekenhuis is enkel nog met Menzis in onderhandeling voor 2023. Onder Menzis vallen ook de labels Anderzorg, VinkVink en HEMA.

DSW weer de beste zorgverzekeraar

Voor het zevende achtereenvolgende jaar is DSW door de consumenten uitgeroepen top beste zorgverzekeraar van Nederland.

Dat weten zorgverleners al jaren. DSW staat voor goede zorg, vraagt een minimale administratieve belasting, is goed bereikbaar, is goedkoop, geeft u de keuze om ook naar ongecontracteerde zorgverleners te gaan en laat de zorgverlener bepalen welke behandeling het beste is.

Onbegrijpelijk dat DSW niet de grootste zorgverzekeraar van Nederland is.

DSW wordt vooral geroemd om de zeer kundige en toegankelijke klantenservice. Ook zijn klanten erg te spreken over de goede voorwaarden en uitgebreide aanvullende dekkingen waaruit men kan kiezen.

Ook bij Stad Holland zijn klanten uitermate tevreden over de klantenservice. Met name de volledig vrije keuze uit ziekenhuizen en andere zorgverleners is een aspect dat zeer wordt gewaardeerd.

Ditzo wordt gewaardeerd voor haar uitstekende prijs-kwaliteitverhouding, snelle uitbetaling van declaraties, vlotte communicatie en vrije keuze uit ziekenhuizen.

Fysiotherapeut gooit handdoek in de ring

Steeds meer fysiotherapeuten stoppen steeds eerder met het vak. Jongere fysiotherapeuten al na 3 jaar ! Oorzaak: de vergoeding van de zorgverzekeraars is al tientallen jaren niet kostendekkend, niet eens aan de inflatie aangepast, terwijl diezelfde zorgverzekeraars steeds meer eisen stellen die naast steeds meer tijd ook steeds meer geld kosten. Zo komt de behandeling van patiënten in gevaar en daar passen zorgverleners voor.

In 2019 wordt een onafhankelijk onderzoek naar de kostprijs voor fysiotherapie uitgevoerd. Daaruit kwam een tarief van ca 40 euro uit. Dat zou in 2022 43 euro zijn, maar de torenhoge inflatie rechtvaardigt al 46 euro. De verzekeraars betalen tussen 30 en een kleine 35 euro en weigeren ook maar iets te doen aan inflatiecorrectie. En dat terwijl alle kosten explosief stijgen. Hele sectoren passen de lonen aan, ook de medewerkers van de zorgverzekeraars krijgen netjes hun loonsverhoging, maar dat is bij fysiotherapeuten niet eens mogelijk zonder de werkgever failliet te laten gaan. Het water staat veel fysiotherapeuten aan de lippen, veel fysiotherapeuten nemen een baan zonder deze onderdrukking en voor een goed inkomen, honderden praktijken zijn al gesloten.

In de zorg is de marktwerking ingevoerd. Dat houdt in onderhandelen en prijsafspraken maken. Maar onderhandelen doen zorgverzekeraars niet en zij bepalen de tarieven eenzijdig. Het is gewoon slikken. Of stikken, want teken je niet, dan wordt het tarief ook nog eens gehalveerd. Bezwaar aantekenen heeft eveneens geen zin, want dat wordt meestal niet eens gelezen, anders afgedaan met algemene antwoorden (zorgverzekeraars) of afgedaan als niet ontvankelijk , “want daar gaan wij niet over” (de waakhond voor de eerlijke marktwerking NZa).

Is er een oplossing ? Jazeker. Fysiotherapie moet in de basisverzekering. Fysiotherapie is een effectieve en relatief goedkope behandeling tegenover de duurdere specialistische zorg, maar de laatste wordt altijd vergoed uit de basisverzekering. Iemand die geen aanvullende verzekering koopt kan dus gewoon en volledig betaald naar de specialist. Dat is niet per definitie beter, maar wel goedkoper voor de verzekerde. Maar duurder voor de zorg. Fysiotherapie valt voornamelijk in de aanvullende verzekering. Daar bestaan geen wetten voor en dus kunnen zorgverzekeraars doen wat ze willen. Ze gebruiken die machtspositie dus volledig. De winst die de zorgverzekering maakt met fysiotherapie komt ten goede aan de basisverzekering en daar heeft de fysiotherapie dus niets aan. De zorgverzekeraars hebben dus lagere kosten in de basisverzekering èn knijpen de fysiotherapeuten ook nog eens verder uit. Een win-win situatie voor de zorgverzekeraar.

Veel collega’s verlaten gedesillusioneerd het vak. Zorg is mensenwerk, maar wordt vermorzeld door managers die geen zorg leveren maar er alleen maar aan verdienen.

lees ook dit artikel uit de Volkskrant.

Fysiotherapie net zo goed als operatie bij meniscusscheur

Voor patiënten met een degeneratieve meniscusscheur is er geen klinisch relevant verschil  tussen fysiotherapie en een meniscusoperatie. Ook op de langere termijn is fysiotherapie niet minder effectief dan een operatie. Dit blijkt uit het promotieonderzoek van fysiotherapeut en bewegingswetenschapper Julia Noorduyn.

Degeneratieve meniscusscheur
Een degeneratieve meniscusscheur is een meniscusscheur die vaak geleidelijk aan ontstaat. Naarmate we ouder worden kan de meniscus minder elastisch worden waardoor het makkelijker kan scheuren. Noorduyn: “Bij mensen met een degeneratieve meniscusscheur was een kijkoperatie van de knie waarbij het gescheurde deel van de meniscus weg werd gehaald de standaardbehandeling. Echter, meerdere toonaangevende onderzoeken hebben in de afgelopen jaren aangetoond dat een meniscusoperatie ten opzichte van een fysiotherapeutische behandeling geen relevant verschil geeft in de behandeluitkomsten gedurende een periode van 2 jaar.”

Noorduyn toonde in haar meest recente publicatie ook aan dat fysiotherapie ook na vijf jaar niet minder effectief is dan een meniscusoperatie.

Zeker nu is een behandeling die minder impact op de patient heeft èn ook nog eens goedkoper is belangrijk.

BRON: //vu.nl/nl/agenda/2022/promotie-j-c-a-noorduyn

Zorgverzekeraars zijn onzichtbaar in de pandemie

Wat doen zij om de problemen het hoofd te bieden ? Helemaal niets. Zorgverzekeraars duiken. Wat hebben zij gedaan om problemen te voorkomen, en op te lossen? En wat is hun toekomstige rol?

Het wordt tijd dat zorgverzekeraars opstaan en verantwoordelijkheid nemen voor de situatie in de zorg en het achterwege blijven van maatregelen. Ze kunnen niet alleen zichtbaar zijn als het goed gaat.

Alle betrokkenen in de coronacrisis roeren zich in het pandemiedebat. Allemaal? Artsen, verpleegkundigen en bestuurders van zorginstellingen leggen telkens uit dat zij alles doen om noodzakelijke zorg te verlenen. De minister verschijnt keer op keer om uit te leggen dat moet worden voorkomen dat de zorg bezwijkt, en dat daarom zelfs reguliere zorg wordt uitgesteld. En ook (zelfverklaarde) deskundigen laten hun licht schijnen over wat gebeurt en wat er moet gebeuren.

Maar de zorgverzekeraars die ten behoeve van hun verzekerden wettelijk verantwoordelijk zijn voor de inkoop van de noodzakelijke zorgcapaciteit, zijn in geen velden of wegen te bekennen. Geen optredens van hun bestuurders in de media. Geen uitspraken van zorgverzekeraars over de noden van ‘hun’ verzekerden wiens belangrijke operaties uitgesteld worden. En dus geen antwoord op de vragen: wat hebben zij gedaan om de huidige problemen te voorkomen, en op te lossen? En wat is hun toekomstige rol erbij?

Wettelijke zorgplicht

In het Nederlandse zorgstelsel is voor zorgverzekeraars een prominente rol ingeruimd. Het zijn private bedrijven met in de wet vastgelegde bevoegdheden en plichten. Inwoners van Nederland zijn verplicht verzekerd, zorgverzekeraars zijn ‘verzekerd van afnemers’. Ze hebben een zorgplicht: verzekerden hebben wettelijk recht op noodzakelijke zorg, volgens artikel 11 van de Zorgverzekeringswet. Het uitstellen van noodzakelijke operaties in ziekenhuizen is strijdig met die wettelijke zorgplicht.

Vóór de pandemie maakten zorgverzekeraars sier met de zogenaamde ‘wachtlijstbemiddeling’. Laat een behandeling lang op zich wachten? Benader de wachtlijstbemiddelaar van de zorgverzekeraar, was het devies van zorgverzekeraars én de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). De vraag of die wachtlijstbemiddeling voor patiënten het geld waard is geweest, is nooit beantwoord. Nu horen we er niets over.

Uitgestelde zorg

Als gevolg van de capaciteitsproblemen in de zorg zijn er nu daadwerkelijk patiënten wiens noodzakelijke zorg wordt uitgesteld. Hét moment voor zorgverzekeraars om hun plicht te vervullen en voor hun patiënten in de bres te springen. Maar is deze pandemie dan geen ‘overmacht’? Voor zorgverleners en zorginstellingen natuurlijk wel. Níet voor de zorgverzekeraars. Het pandemische risico is gewoon voorzien in de wet.

Zorgverzekeraars duiken. Zij laten zorgverleners verantwoordelijkheid nemen en moeilijke keuzes maken, terwijl noodzakelijke operaties worden uitgesteld. De wachtlijstbemiddeling blijkt een wassen neus. Een model dat lijkt ontwikkeld op de tekentafel van modeleconomen en marketeers, blind voor risico’s.

Medio 2020 werd al duidelijk dat de capaciteit van de Nederlandse intensive care (per 100.000 inwoners de laagste van Europa, als gevolg van het scherpe inkoopbeleid van de zorgverzekeraars) ontoereikend was om de gevolgen van de pandemie én noodzakelijke operaties tegelijk op te vangen. Daar is door zorgverzekeraars anderhalf jaar niets aan gedaan. Zij verzaken daarmee hun wettelijke plicht. En het lijkt er vooralsnog niet op dat ze maatregelen nemen om die in de nabije toekomst wel te vervullen. Sterker, uit berichten van ziekenhuizen blijkt dat zij voor 2022 opgezadeld worden met nieuwe kortingen. En ziekenhuizen krijgen nauwelijks ruimte voor zogenoemde ‘inhaalzorg’. Uitbreiding van capaciteit vinden zorgverzekeraars al helemaal onnodig.

Waar was de toezichthouder?

Zorgverzekeraars hadden zich al lang voor we van corona gehoord hadden, moeten voorbereiden op het – voorzienbare – pandemisch risico. Ze hadden de maatschappij en verzekerden moeten waarschuwen en voorzieningen moeten treffen. Dat deden ze niet. Waar zijn hun noodzakelijke risicoscenario’s waarin de acute zorgvraag stijgt? Jarenlang focusten ze zich alleen op de kostenkant. Waar was toezichthouder NZa om zorgverzekeraars te wijzen op de verplichting tot het maken van die risicoscenario’s?

De afgelopen jaren nam de NZa zorgverleners voortdurend de maat, de kritiek op de rol van de zorgverzekeraars bleef en blijft nagenoeg uit. Nu zijn patiënten, zorgverleners én de maatschappij de dupe van het inkoopbeleid dat kritiekloos is gevolgd door de toezichthouder. Want ineens kan voor grote groepen patiënten in kritieke situaties ‘even’ geen zorg worden verleend. Zorgverleners zijn jarenlang zodanig onder druk gezet dat de maat vol is: meer kunnen we niet van hen vragen. Terwijl verzekeraars niet ter verantwoording worden geroepen en niet worden aangesproken op hun verantwoordelijkheid: het beperken van risico’s.

Zorgverzekeraars houden forse voorzieningen aan om risico’s op te vangen. Dat risico ís er nu: de pandemie. Deze crisis leert ons dat zorgverzekeraars zelf nauwelijks risico lopen. Bij echte risico’s worden zij door de overheid gecompenseerd. Laten zij hun reserves nú inzetten om ervoor te zorgen dat patiënten die geen corona hebben, maar wél hulp moeten krijgen, direct worden geholpen. Het wordt tijd dat zorgverzekeraars opstaan en verantwoordelijkheid nemen voor de situatie in de zorg en het achterwege blijven van maatregelen. Ze kunnen niet alleen zichtbaar zijn als het goed gaat.

Als ze hun zorgplicht niet serieus nemen, kunnen we er beter weer overheidsinstellingen van maken. Dan kunnen de reserves nuttig worden besteed, en wellicht nog veel kosten worden bespaard. De zorg kan die gelden beter gebruiken, het is zonde het te laten staan op de balans van een aantal private bedrijven die duiken voor hun verantwoordelijkheid.

BRON: Volkskrant , Edwin Brugman is oud-directeur van Vereniging VvAA (de vereniging die (para)medici bijstaat voor juridisch advies).