Spring naar de hoofdinhoud

10 jaar ‘product financiering’ bij lage rugklachten: duurder maar niet beter


Ruim tien jaar geleden introduceerde zorgverzekeraar VGZ een nieuwe vorm van bekostiging binnen de fysiotherapie: product financiering voor lage rugklachten.
Alleen praktijken die zich aansloten bij deze geselecteerde verenigingen konden deelnemen aan het programma. De aangesloten praktijken werden als “betere fysiotherapie” neergezet, wat leidde tot felle reacties in het veld.
Het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie (KNGF), nam dit hoog op. De suggestie dat niet-aangesloten praktijken kwalitatief ondermaats zouden zijn, werd als denigrerend en ongefundeerd beschouwd. Toenmalig VGZ-voorzitter Ab Klink werd ter verantwoording geroepen.
Na een stevig overleg werd besloten dat VGZ zou stoppen met het voeren van deze misleidende reclame. De kwalificatie “betere fysiotherapie” verdween uit de communicatie.

We zijn nu tien jaar verder. De centrale vraag is, leidt deze alternatieve bekostiging tot betere zorg? De uitkomsten van de evaluatie zijn kraakhelder:
Geen beter zorgresultaat: geen verschil met het traditionele vergoedingssysteem in termen van patiëntenervaringen, resultaat van de behandeling, duur van de therapie of het aantal behandelsessies.
Wel hogere kosten: significant hoger dan bij het reguliere systeem.
Wel meer recidieven: opvallend hogere aantal terugkerende klachten (recidieven) bij patiënten in het product financieringsmodel.

Ab Klink werd gevraagd waarom hij destijds zo overtuigd was van de meerwaarde van product financiering. Zijn antwoord was opmerkelijk: “Door de productafspraak tekent de zorgverlener er ook voor dat bij een recidive binnen 12 maanden deze gratis moet worden behandeld.”
Bij hernieuwde rugklachten maakte het dus niet uit wat de oorzaak was, de fysiotherapeut werd contractueel verplicht op eigen kosten te behandelen.

De contracten voor 2026 staan voor de deur. De tarieven liggen al tientallen jaren ver onder een normaal en verantwoord niveau, terwijl de verplichtingen die door de zorgverzekeraars worden opgelegd zich elk jaar meer opstapelen. De zorg loopt leeg. Legt de zorgverzekeraar de uitkomsten naast zich neer?
Worden inefficiënte en dure systemen, registers en verenigingen in stand gehouden? Gaan ze door met regelingen die ten kosten gaan van zorgverleners en slecht zijn voor de zorg?

Fysiotherapie in gevaar

De situatie in de fysiotherapie wordt steeds zorgwekkender. Ondanks jarenlange waarschuwingen van het KNGF en andere beroepsverenigingen blijven zorgverzekeraars tarieven betalen die ver onder de kostprijs liggen. Het gevolg? Steeds meer jonge fysiotherapeuten verlaten het vak, waardoor de toegankelijkheid en kwaliteit van zorg onder druk komen te staan. Minimaal €50 per zitting is nodig om de sector te laten overleven! De fysiotherapie moet het al tientallen jaren met ongeveer de helft doen.
Zorgverzekeraars zoals Zilveren Kruis, Achmea en VGZ herkennen de trend niet en geven aan dat hun taak vooral is om de poliskosten laag te houden. Dit laat zien waar de prioriteiten liggen: kosten boven kwaliteit van zorg. Je zal maar verzekerd zijn bij zo’n verzekeraar.

In het maartnummer van het blad Arts en Auto is uitgebreid aandacht voor de problematiek in de paramedische sector. In zijn redactioneel schetst hoofdredacteur Martijn Reinink het verontrustende beeld van een wankelende paramedische sector. In een ander artikel komt een fysiotherapeut aan het woord die het perspectief schetst vanuit medewerkers in loondienst (belachelijk lage beloning en een fatsoenlijke CAO is niet eens mogelijk) waarna de voorzitter van het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie (KNGF) Lodi Hennink en voorzitter van het Paramedisch Platform Nederland (PPN) Bianca Rootsaert aan het woord komen. Het artikel geeft een helder en accuraat beeld van de situatie in de paramedische sector. Onder andere op basis van het artikel in Arts en Auto heeft VVD-Kamerlid Judith Tielen Kamervragen gesteld over de kwestie. Zij wil van het kabinet weten welke stappen zij gaat nemen om eerlijke tarieven te waarborgen en zo de toekomst van de fysiotherapie veilig te stellen. Fijn dat er wederom vanuit de politiek support is voor de paramedische sector en de fysiotherapie in het bijzonder. Het kabinet en de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) mogen dit niet wéér wegwuiven.

Machtsspel

De beroepsvereniging KNGF zit klem. Er lijkt een soort herenakkoord te zijn, dat niet verstoord mag worden. Praten over marktfalen en lage tarieven mag wel, net als nette brieven en beleefde verzoeken aan de NZa, maar met de vuist op tafel slaan wordt direct afgestraft door het machtsblok van verzekeraars, terwijl juist die de hele zorg al jaren dicteren en de tarieven alleen maar laten afhangen van wat er bij hen ‘uit kan’. Natuurlijk allemaal onder het mom dat het anders te duur zou worden voor de verzekerde.

Is het de paramedische sector die wankelt of is het de hele zorg ? Het lijkt er meer op dat de samenleving wankelt.
De samenleving zal, met een toenemende vergrijzing en een tekort aan personeel in de zorg, in de problemen komen. Het is dus een probleem van ons allemaal.

Fysiotherapie is cruciaal in de zorg

Fysiotherapie is geen tweederangs zorg. Of tweede keuze. Fysiotherapie is kwalitatief hoogwaardige zorg die zorgkosten op de langere termijn en in de tweede lijn kan besparen. Fysiotherapie is ontzettend belangrijk voor de samenleving. En niet alleen in Nederland. Voorzitter Rik Dawson van de Australian Physiotherapy Association Association geeft op LinkedIn helder het belang van fysiotherapie aan. Fysiotherapie moet toegankelijk zijn voor iedereen en levert een cruciale bijdrage aan de zorg. Dat geldt natuurlijk breder voor de hele paramedische sector en de zorg in het algemeen. Ook in Australië is de politiek aan zet.

In een open brief aan minister Fleur Agema roept de fysiotherapie op om lef te tonen: “U gaf het zelf aan in uw speech. Lef te tonen om het anders te doen en te innoveren. We moeten het samen doen. En ja, kwalitatief hoogwaardige en betaalbare zorg die beschikbaar is voor iedereen die zorg nodig heeft is een uitdaging. Helemaal als we zorgprofessionals ook een fatsoenlijk salaris willen betalen. Een gezamenlijke visie en aanpak is belangrijk. Het zal niet altijd gemakkelijk gaan, maar ik geloof dat het kan.”

Dit kan zo niet langer! Steun de fysiotherapie en deel dit bericht. Zorg moet toegankelijk én van hoge kwaliteit blijven!

#RedDeFysiotherapie #EerlijkeTarieven #KwaliteitBovenKosten

Fysiotherapeuten willen minimumtarief om leegloop te vermijden

De zorg loopt leeg. De toegang tot fysiotherapie, maar eigenlijk de hele zorg komt ernstig in gevaar.

Voorzitter Lodi Hennink van het Koninklijk Nederlands Gezelschap voor Fysiotherapie (KNGF) heeft hierover op 5 november een brief verstuurd aan de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Gebeurt er niets, dan dreigt de toegang tot fysiotherapie volgens hem zwaar te verslechteren en de zorg verder vast te lopen.

Marktwerking
In 2006 werkt in de zorg marktwerking ingevoerd, te beginnen met de fysiotherapie. Er zouden vrije tarieven en onderhandelingen met de zorgverzekeraars komen. Dat leek aanvankelijk aantrekkelijk voor alle partijen. Maar een belangrijke voorwaarde voor wijziging in het zorgstelsel is om een evaluatie of een proefperiode af te spreken. Dat dit niet is gebeurd, heeft er toe geleid dat de Overheid niet heeft kunnen bijsturen en de eerstelijns zorgverleners nu al bijna 20 jaar de negatieve gevolgen ervaren.

Alle macht bij de zorgverzekeraars
Zorgverleners hebben niet alleen een gedegen opleiding op HBO niveau afgerond, ze blijven doorleren. Fysiotherapie zit nu al dicht tegen universiteitsniveau aan. Ook neemt met de jaren hun kennis en ervaring toe.
Daarnaast is er steeds meer wetenschappelijk onderzoek, zijn meer (multidisciplinaire) richtlijnen ontwikkeld en wordt er voortdurend aan kwaliteitsverbetering gewerkt.

Zorgverzekeraars leggen sinds 2006 steeds meer eisen op, die volgens hen kwaliteitsbevorderend zijn. Zo worden zorgverleners verplicht avond en weekendopenstelling in te voeren (‘de client wil dat’), klantervaringen te verzamelen (PREM), zich te conformeren aan een BehandelIndex (waarvan de formule nog steeds geheim is), deel te nemen aan dataverzameling (om een te leren van collega’s, maar eigenlijk meer om tegen collega’s te kunnen worden afgezet).

Alle eisen hebben steeds alleen maar tijd en geld gekost en heeft de zorg niet kwalitatief verbeterd. In tegendeel. De zorgverlener wordt in toenemende mate opgezadeld met administratieve lasten, die tijdens de behandeling moeten worden uitgevoerd, maar vaak ook in eigen tijd en op eigen kosten. De zorgverzekeraars gebruiken de uitkomsten om te rechtvaardigen dat de zorgverleners te weinig doen aan kwaliteit en dus geen tariefsverhoging verdienen.

Kosten
De bevolking groeit, de levensverwachting is ook duidelijk hoger en dat heeft geleid tot een vergrijzing. Het gemiddelde aantal behandelingen per patiënt is gedaald, doordat zorgverleners tegen gewerkt of zelfs gestraft werden. De kosten die besteed worden aan fysiotherapie zijn nog steeds hetzelfde: staan al bijna 20 jaar rond de 1,5 miljard euro.

Fysiotherapeuten hebben hun patiënten niet in de kou gezet. Er worden meer mensen behandeld, ze worden behandeld met minder behandelingen met eenzelfde tevreden resultaat; de tevredenheid over behandeling, therapeut en praktijk is al jaren een 9 (zorgverzekeraars scoren een mager 6-je). De fysiotherapeuten leveren dus al jaren in. Niet alleen qua tarief, ook qua erkenning en werkplezier. In 2023 hebben niet voor niets 10 procent van de fysiotherapeuten (3000) het vak verlaten.

Zorgverzekeraars kwamen tot de ontdekking dat de marktwerking niet de winst gaf die verwacht was. Ze gingen over op risico beheersing en ontwikkelde steeds meer polissen. Hiermee doen ze afbreuk aan het systeem van verzekeren. Het principe van verzekeren is collectiviteit: lasten gezamenlijk dragen zodat op individueel niveau de kosten laag blijven. Door het aanbod van allerlei polissen gingen de mensen verzekeren als ‘kopen’ zien en werd de collectiviteit afgebroken. Hoe kleiner de verzekerde groep per polis, hoe groter de afbreuk is aan het principe van verzekeren.

Zorgverzekeraars kregen de opdracht de mensen duidelijk te maken dat zorg geld kost en stijgende kosten van de gezondheidszorg te beheersen, maar leggen deze beheersing volledig bij de zorgverleners neer. En juist niet bij de consument. Dit doen ze al bijna 20 jaar door de tarieven laag te houden.

Uitgaande van het tarief op 31 december 2005 (dus van vóór de marktwerking), zou met inflatiecorrectie in 2023 het tarief minimaal 43 euro moeten zijn. Dit is in lijn met het Gupta-rapport uit 2020. Dit onafhankelijke bedrijf onderzocht de kostprijs voor een reguliere behandeling fysiotherapie in 2018 in opdracht van diverse beroepsverenigingen en zorgverzekeraars! De uitkomst was een tarief van 34 euro. In 2018 was het door zorgverzekeraars werkelijk betaald bedrag ca. 25 euro. De uitkomst was niet bindend dus legden de zorgverzekeraars het onderzoek naast zich neer (ze hadden toegezegd ‘er rekening mee te houden’). Dat verschil is alleen maar groter geworden: in 2023 is een tarief van 43 euro passend en kostendekkend, zorgverzekeraars vergoeden 31 tot 34 euro. Veel pas afgestudeerde fysiotherapeuten verlaten het vak, omdat een andere baan meer oplevert in waardering, geld, tijd en werkplezier.

In de achterstandswijken is dit nog nijpender omdat de mensen die daar zorg gebruiken afhankelijk zijn van een stadspolis. Dat is voor de mensen met een minimum inkomen of lager een verzekering die hen de mogelijkheid geeft om zorg te krijgen die ze zonder steun vanuit de lokale overheden niet zouden kunnen betalen. Sociaal gebaar maar met de kanttekening dat de beloning voor het werk van de zorgverleners in die wijken ook erg laag is. Dat heeft op zijn beurt tot gevolg dat fysiotherapeuten het liefst in de welstandwijken gaan werken waar ze een hoger tarief krijgen omdat ze een ander contract met de zorgverzekeraars kunnen afsluiten. We stevenen dus af op een situatie dat de mensen met een hoog zorggebruik straks geen zorg meer kunnen krijgen in de wijk waarin zij woonachtig zijn. En dus alleen nog naar het ziekenhuis kunnen. En die zorg is vele malen duurder.

Niet alleen is er een verschil in beloning van fysiotherapeuten in welstandswijken en achterstandswijken. In de zieken-, verpleeg- en verzorgingshuizen is de vergoeding altijd hoger. Hierdoor ontstaat eveneens een leegloop uit de eerste lijn, maar nu naar de tweede (ziekenhuizen) en derde lijn (verpleeg- en verzorgingshuizen).

Paarse krokodil
Zorgverzekeraars zetten de zorgverleners onder druk door ze diverse overeenkomsten met verschillende verplichtingen aan te bieden. Elk jaar is dit een ontzettende administratieve last, ze worden gedwongen in het managerswereldje mee te doen: zorgverleners zijn helemaal niet opgeleid om ingewikkelde juridische documenten te doorgronden. Laat staan allerlei financiële consequenties te kunnen overzien. Zorgverlenerscontracten staan bol van gedicteerde eisen, er wordt niet overlegd, er valt niet te onderhandelen. Elk jaar zijn zorgverzekeraars ‘blij dat we samenwerken’. Niet tekenen wordt bestraft met een nòg lager tarief en pestgedrag als niet mogen declareren via internet.

Zorgverzekeraars zetten vol in op het controleren van zorgverleners. Veel mensen en veel geld worden besteed aan fraude onderzoek. Alleen, de opbrengst is bepaald magertjes. Ook de Overheid doet een duit in het zakje met de invoering van de Wet Toetreding AanbiedersZorg (WTZA). Ook hier weer gericht op fraude in de zorg te bestrijden. Wantrouwen overheerst. Tienduizenden eerste-lijns zorgverleners worden opgezadeld met extra administratieve lasten. En hogere kosten.

In oktober 2024 wordt bekend dat criminelen massaal de zorg misbruiken om al jaren heel veel geld weg te sluizen.

De zorg is ziek
Zorgverleners krijgen steeds meer administratieve eisen opgelegd, waardoor de tijd die aan patiënt of vakinhoud besteed kan worden steeds korter wordt. En daar heeft de zorgverlener aanvankelijk toch voor gekozen. En dat is waar de patiënten voor komen. En betalen.

Ook het systeem van eigen risico faalt. De prikkel is namelijk achteraf en veel later dan de geleverde zorg heeft plaatsgevonden.

En bovenal verzekeren zorgverzekeraars curatieve zorg en maar een heel klein deel preventieve zorg. In veel overeenkomsten met zorgverleners staat dat er alleen behandeld mag worden indien het medisch noodzakelijk is. Vanuit het oogpunt van die zorgverzekeraars misschien begrijpelijk. Maar een doodsteek voor de inzet van zorgverleners in het kader van preventie zoals deze onder andere in het Integraal Zorg Akkoord wordt gepropageerd.

Het huidige gezondheidssysteem houdt een perverse prikkel in stand door ongezond gedrag ook nog eens te belonen. Als je gezond wilt eten of gaat sporten om gezond te blijven mag je het zelf (dik) betalen, als je ongezond leeft en ziek wordt krijg je opeens alles vergoed !

Zorgpremies worden betaald om zorg te verzekeren. Toch blijft een groot deel van de ingelegde premie bij de zorgverzekeraar hangen. Directeuren, veel managers en nog veel meer personeel krijgen goed betaald (inclusief jaarlijkse inflatiecorrectie en zo ook een flinke toeslag voor Corona). Zorgverzekeraars mogen geen winst maken, toch liggen er miljarden op de plank. Dat worden reserves genoemd. De verzekerden krijgen steeds minder vergoed, want te duur.

Gevolgen
Als de zorg leegloopt zullen er tekorten ontstaan. Er is al een tekort aan huisartsen aan het ontstaan. Nu dreigt er ook een tekort aan fysiotherapeuten en ook andere (para)medische beroepen zullen weldra volgen. Juist de mensen in achterstandswijken die meer zorg nodig hebben, zullen dit als eersten gaan merken. Minder mensen betekent dat het streven van de politiek om de juiste zorg op de juiste plek te laten plaatsvinden, nu al gedoemd is te mislukken.

Het is voor de fysiotherapeuten niet meer mogelijk investeringen te doen in het verbeteren van de loonkosten, investeringen in opleidingskosten of benodigde apparatuur. Het is niet eens mogelijk een CAO in te voeren, die recht doet aan een passend salarisniveau. Voor werkgevers onbetaalbaar; dan zou de praktijk over de kop gaan. Hiermee komt de negatieve kant van de marktwerking naar boven. De effecten zijn een vermindering van zorgverleners in de eerstelijn, een grotere toeloop van zorggebruikers naar de tweede- en derdelijn. Uit het rapport De Basis op orde van de Raad voor de Volksgezondheid en Samenleving blijkt dat 90% van de zorgvraag in de eerste lijn wordt opgelost tegen 4% van de totale kosten voor de Gezondheidszorg. De kosten van de tweede- en derdelijn liggen stukken hoger, waardoor de zorgkosten dus enorm zullen stijgen.

Vreemd
Er is al op meer gebieden marktwerking ingevoerd: openbaar vervoer, energiemarkt en internetproviders. Nog nooit is daardoor de kwaliteit verbeterd en de prijs gedaald. Managers hebben mooie praatjes, maar zijn helaas niet aansprakelijk voor de gevolgen. Anderen betalen altijd de rekening.

De hoge zorgkosten zouden veroorzaakt worden door de hogere levensverwachting. Dat is hooguit gedeeltelijk waar; eind 2024 wordt die zelfs naar beneden bijgesteld. Uit onderzoek blijkt dat 96 procent van wat we doen en laten wordt bepaald door omgevingsfactoren: luchtvervuiling, lichtvervuiling, geluidsoverlast, milieuvervuiling, straling, groenvoorziening, overbevolking, te weinig ruimte, last van buren en ongezonde levensstijl. Al deze zaken worden door Overheden bepaald. Toch wordt er altijd naar de burger gewezen. Geld gaat voor. De Overheid zal moeten omdenken. Nu eens beleid voor de lange termijn, zodat volgende generaties gezonder worden. Voor een gezonde leefstijl kunnen gemakkelijk direct maatregelen genomen worden. Geen halfslachtige maatregelen. Alleen een totaalpakket van een reclameverbod èn de BTW op groenten en fruit afschaffen èn een suikertaks invoeren zal helpen. Niet straks. Nu !

BRON: KNGF, LinkedIn

Dagelijks oefeningen helpt tegen borstkanker

Elke dag slechts 30 minuten oefening kan de kans om borstkanker te verslaan vergroten.

Onderzoekers van de Universiteit van Turku in Finland ontdekten, dat door dagelijkse oefeningen het niveau van witte bloedcellen die tumoren, virussen en bacteriën doden verhoogt. Met name lichaamsbeweging verhoogt cytotoxische T-cellen en natural killer-cellen.

Tijdens het onderzoek werden de voordelen van lichaamsbeweging onderzocht bij een groep van 20 vrouwen die recent waren gediagnosticeerd maar niet met behandeling waren begonnen. Ze fietsten elke dag 30 minuten op een fietsergometer en voor en na elke sessie werden bloedmonsters genomen.

De oefening verhoogde het niveau van de kankerbestrijdende cellen, terwijl kankerbevorderende cellen verminderden of hetzelfde bleven. Bij eerder onderzoek werd al ontdekt dat de cytotoxische T-cellen hun weg naar het tumorgebied vonden.

Wacht niet!
Bij vrouwen met grotere tumoren werden minder natuurlijke afweercellen gevormd. Hetzelfde gold voor vrouwen bij wie de kanker oestrogeen- of progesteronreceptorpositief was.
Wacht niet. Neem nu actie. Kom in beweging.

Lichaamsbeweging is het meest effectief in de vroege stadia van kanker. Beweeg je niet lekker, heb je lichamelijke klachten of wil je verantwoord op weg geholpen worden ? De fysiotherapeut is specialist in bewegen. Maak direct een afspraak en begin met bewegen.

Fysiotherapie net zo goed als operatie bij meniscusscheur

Voor patiënten met een degeneratieve meniscusscheur is er geen klinisch relevant verschil  tussen fysiotherapie en een meniscusoperatie. Ook op de langere termijn is fysiotherapie niet minder effectief dan een operatie. Dit blijkt uit het promotieonderzoek van fysiotherapeut en bewegingswetenschapper Julia Noorduyn.

Degeneratieve meniscusscheur
Een degeneratieve meniscusscheur is een meniscusscheur die vaak geleidelijk aan ontstaat. Naarmate we ouder worden kan de meniscus minder elastisch worden waardoor het makkelijker kan scheuren. Noorduyn: “Bij mensen met een degeneratieve meniscusscheur was een kijkoperatie van de knie waarbij het gescheurde deel van de meniscus weg werd gehaald de standaardbehandeling. Echter, meerdere toonaangevende onderzoeken hebben in de afgelopen jaren aangetoond dat een meniscusoperatie ten opzichte van een fysiotherapeutische behandeling geen relevant verschil geeft in de behandeluitkomsten gedurende een periode van 2 jaar.”

Noorduyn toonde in haar meest recente publicatie ook aan dat fysiotherapie ook na vijf jaar niet minder effectief is dan een meniscusoperatie.

Zeker nu is een behandeling die minder impact op de patient heeft èn ook nog eens goedkoper is belangrijk.

BRON: //vu.nl/nl/agenda/2022/promotie-j-c-a-noorduyn

Rouvoet (ZN) aanmatigend

In de Volkskrant van 31 januari 2020 heeft de voorzitter van Zorgverzekeraars Nederland André Rouvoet zijn ware aard laten zien en weer geprobeerd stemming te maken in het voordeel van de zorgverzekeraars. Hij vertelt niet de waarheid, verdraait feiten en beschuldigt fysiotherapeuten van uitspraken die niet op feiten gebaseerd zijn.

De voorzitter van het KNGF, Guido van Woerkom, heeft hem daar op aangesproken. Ook Rouvoet weet goed dat de capaciteit in de fysiotherapie -het aanbod- in evenwicht is met de vraag van patiënten. Daar wordt al jaren onderzoek naar gedaan (Nivel 2018) en de resultaten worden ook steevast met Zorgverzekeraars Nederland gedeeld. Rouvoet weet dus ook heel goed dat er niet teveel fysiotherapeuten zijn en dat er in het licht van de vergrijzing zelfs te weinig zullen zijn in de nabije toekomst.

Rouvoet beweert ook dat de meeste administratieve lastendruk wordt veroorzaakt door de beroepsgroep zelf. Dat is niet waar. Fysiotherapeuten worden elk jaar geconfronteerd met tientallen pagina’s tellende contracten van elf zorgverzekeraars. Die contracten verschillen per zorgverzekeraar. Er staan telkens weer andere eisen en voorwaarden in, zoals vragenlijsten, behandelgemiddelden, machtigingen en declaratievoorwaarden. Fysiotherapeuten moeten aan die wirwar van regeltjes voldoen om een contract te kunnen krijgen. De zogenoemde “protocollen” vanuit de beroepsgroep zien vooral op de kwaliteit van de zorg en zorgverlening, in het belang van de patiënt. Daarbij komt dat dit jaar onze richtlijn dossiervoering juist is vereenvoudigd. Rouvoet weet dat allemaal. Het is netjes gezegd teleurstellend en ook onverantwoord dat hij dat niet noemt en doet alsof de administratieve lastendruk niet wordt veroorzaakt door de zorgverzekeraars.

In hetzelfde interview spreekt Rouvoet van ‘beeldvorming’ en ‘sentimenten’ waar het gaat over de structureel te lage tarieven die zorgverzekeraars voor fysiotherapie bieden. Dit zijn natuurlijk onbehoorlijke insinuaties. Zorgverzekeraars en dus ook Rouvoet weten heel goed dat de tarieven in de fysiotherapie al meer dan 10 jaar niet verhoogd zijn. De bezwaren van fysiotherapeuten zijn dus ook terecht en gebaseerd op feiten. Het is niet voor niks dat er al jaren wordt gevraagd het tarief per 2021 te repareren. De zorgverzekeraars en de minister onderhandelen niet of niet eerlijk en schuiven onafhankelijk onderzoek naar de kostprijs van fysiotherapie (april 2017) al jaren ter zijde.